‘‘F*ck the management’’, dat is wat er staat geschreven op de website van de grootste webhostingprovider van de Benelux: TransIP. De platte structuur, flexibiliteit en informaliteit maken de organisatie snel en lenig. CEO Jeroen Hüpscher ontfermt zich over zijn ‘familie’, waarin respect voor ieders persoonlijkheid en talent centraal staat.
Wat zijn de kenmerken van een TransIP’er?
‘‘Een TransIP’er is vanuit zijn motivatie en karakter bezig met waar hij goed in is: programmeren. Hij kijkt op zijn eigen manier naar ideeën en concepten en mag zeggen dat iets wel of niet goed is. Niet omdat hierom wordt gevraagd, maar omdat hij dit van nature doet.’’
Jullie zeggen voortdurend te innoveren. Is innovatief talent wat jullie zoeken in een TransIP’er?
‘‘Innovatie komt voort uit mensen. Onze mensen zijn talentvol en creatief. Een TransIP’er of coder houdt zich bezig met het technische deel van websites en databases en heeft niets meer dan een computer nodig om zijn wereld te kunnen bouwen. Ook zijn zij erg transparant. Wat ze bedenken en maken willen zij met anderen delen. Dat is een fundament van onze cultuur. Iedereen moet meekunnen met onze gedachte om onafhankelijk te zijn. Om die reden hebben wij geen traditionele relatie tussen werkgever en werknemer.’’
Hoe vind je iemand die voldoet aan het profiel van een TransIP’er?
‘‘Dat is erg lastig. Bijna alle bedrijven zijn IT-gedreven, waardoor de vraag naar goede coders groot is. Iedereen vist in dezelfde vijver en de vangst blijft onzeker. Iedereen die ooit een website heeft gebouwd kan zich IT’er noemen. Maar ben je dan een goede coder? En zo ja, ben je dan ook een geweldige coder? Want daar zijn wij naar op zoek. Niet naar een profiel.’’
Hoe verloopt die zoektocht?
‘‘TransIP heeft een goede naam in de markt. Als je ons niet kent, kom je ons via alle kanalen tegen. Daarnaast hebben wij een referral-program. Dat houdt in dat als je een nieuwe collega voorstelt, je een beloning krijgt. Het nadeel daarvan is dat je mensen motiveert met geld, wat eigenlijk geen motivatie mag zijn. Geld ontzorgt je. Je betaalt er je leven en je huur van, maar het moet je niet motiveren. Iemand die zich focust op geld raakt afgeleid van zijn échte motivaitie, het wezenlijke waar hij mee bezig is. Toch komen wij via deze weg in contact met de besten, waardoor het nadeel niet opweegt tegen het voordeel.’’
Hebben jullie een prestatiecultuur?
‘‘Presteren is een groot onderdeel van wat we doen. De Key Performance Indicators (KPI’s) spreken we gezamenlijk af. Is iets een goed idee? Oké, dan gaan we dat doen en over zes weken is het af. Dat geldt bij ons als een afspraak. Wij willen altijd de beste zijn op het gebied van netwerktechnologie. Onze systeembeheerder moet dat waarmaken en heeft daar alle vrijheid in. Ieder product dat wij maken moet TransIP-proof zijn. Kan het beter? Dan moet het beter. Wij leggen ons nooit neer bij de status quo. Nooit.’’