Bonafide bedrijven die écht met zzp’ers willen werken, moeten weten waar ze aan toe zijn
Arbeidsrechter en hoogleraar in arbeidsrecht op de Universiteit Leiden, Gerrard Boot is deze week te gast bij het programma HoofdZaken op ZP Radio. In december 2016 werd hij door toenmalig staatssecretaris Eric Wiebes gevraagd om onderzoek te doen naar de werking van de Wet DBA. Als voorzitter van de naar hem vernoemde Commissie Boot kwam hij met een rapport vol aanbevelingen. Hij vertelt over de opdracht die de commissie kreeg en de toekomst van de omstreden wet.
Zzp’er als rode draad in carrière
Boot heeft zich altijd al bijzonder geïnteresseerd in arbeidsrecht: “Ik vind het leuk dat het actief is, het arbeidsrecht gaat over mensen die bezig zijn. De combinatie tussen zakelijk en privé is interessant. Als je iedere dag aan het werk bent is dat toch een belangrijk onderdeel van je bestaan.”
Als hoogleraar arbeidsrecht op de universiteit Leiden focust hij zich voornamelijk op de zzp’er, of zoals hij zelf liever zegt ‘freelancer’. Hierbij doet hij, samen met zijn studenten, voornamelijk onderzoek naar de afbakening van de werknemer en de zzp’er. Dit onderwerp lijkt als een rode draad in zijn carrière terug te komen. In 2002 begon Boot met het schrijven van zijn proefschrift ‘afbakening van werknemers en opdrachtnemers’ en in 2011 hield hij zijn intreerede op de universiteit over de verschillende soorten zzp’ers. Hier introduceerde hij het begrip ‘bovenkant en onderkant van de zzp-markt’, waar hij later met de Commissie Boot veel over gesproken heeft.
Ingewikkeld antwoord
De Wet DBA was door de Tweede Kamer goedgekeurd, maar in de Eerste Kamer ontstond toch wat oppositie. Wiebes zegde toe na te zullen gaan of de manier waarop de Belastingdienst was omgegaan met de wet klopte. Zo ontstond de behoefte aan de Commissie Boot. Boot geeft aan dat hij niet precies weet waarom ze nou juist hem vroegen om de commissie voor te zitten: “De commissie bestond uit vijf mensen en ik denk dat Wiebes graag een arbeidsrechter wilde die verstand heeft van zzp’ers. Daarnaast heb ik in 2012-2013 meegepraat over het ontwikkelen van de webmodule die vooraf ging aan de Wet DBA. Kortom, ze kenden mij al.”
De belangrijkste opdracht voor de Commissie Boot was om te onderzoeken of de manier waarop de Belastingdienst de Wet DBA heeft toegepast correct was. Daarbij keek de commissie of de manier waarop de Belastingdienst modelovereenkomsten heeft getoetst juist was. Ook konden zij aanbevelingen doen. “De opdracht was heel eenvoudig, maar het antwoord is heel ingewikkeld. De correcte manier is namelijk in strijd met de jurisprudentie van de Hoge Raad. Je moet daarmee achteraf toetsen, terwijl de Wet DBA nu juist van te voren zekerheid wilde geven, wat bij de VAR-verklaring miste”, aldus Gerrard Boot.
Drie randvoorwaarden
De Wet DBA bleek voornamelijk problemen te kennen op het civieletoetsingsgebied. De Commissie Boot kwam na onderzoek tot de conclusie dat een goed systeem aan drie randvoorwaarden moet voldoen:
- Opdrachtgevers willen van tevoren een grote mate van zekerheid bij het inhuren van een professional en niet het risico dat ze achteraf geconfronteerd worden met het afdragen van loonbelasting en premies;
- Je moet schijnzelfstandigheid kunnen aanpakken;
- Als je een systeem hebt, dan moet je het ook kunnen handhaven.
Boot zegt hierover: “Je kunt bij de eerste randvoorwaarden al niet meer uit de voeten met het civieletoetsingskade, dus dat moet worden losgelaten. Maar als je schijnzelfstandigheid wil aanpakken, moet je toch iets van materiële normen hebben waaraan je toetst.” Volgens Boot is het ook goed om rekening te houden met de onder- en bovenkant van de zelfstandigenmarkt. De vraag is hoe je deze twee met elkaar in verband brengt en vooral waar de grens ligt.
Het moet simpeler
In november 2017 is in het regeerakkoord een uitspraak gedaan over een vervanging van de Wet DBA en daarin is ook het gebruik van een webmodule genoemd. Boot vindt het regeerakkoord zeer innovatief als het gaat om de vraag over loonbelasting of premies. Of de webmodule lijkt op de module waar Boot bij betrokken is geweest in 2012 moet volgens hem nog blijken: “Ik denk dat het iets simpeler moet zijn dan de webmodule die toen ontwikkeld is. Het grote verschil met de VAR-verklaring is dat de vragen gericht zijn op de specifieke opdracht en niet gelden voor één jaar.”
Boot doet nog een paar voorstellen voor vragen voor de nieuwe webmodule: “Je kan kijken naar de werkzaamheden die een professional uitvoert óf het ondernemersrisico. Je zou bijvoorbeeld kunnen vragen: hoeveel research heb je moeten doen om deze opdracht te vinden?” De kunst is volgens Boot om iets te ontwikkelen met niet al te veel vragen, maar toch tot een duidelijk antwoord leidt.
Een nieuwe wet gaat nog veel tijd kosten
Boot denkt dat het tot stand brengen van een nieuwe wet veel tijd zal kosten en vraagt zich ernstig af of dat in 2018 zal gaan lukken. Daardoor is op dit moment de kans op schijnconstructies groot. Op lange duur moet er een goede oplossing komen, want de bonafide bedrijven die écht met zzp‘ers willen werken, moeten weten waar ze aan toe zijn. De criteria voor afbakening – en de handhaving daarvan – zijn daarbij belangrijk.
Wil je het radio interview met Gerrard Boot terugluisteren? Ga naar ZP Radio